94. Overdracht
Onze kennis moeten we als arts met de hulpvrager delen, zij het op een verstaanbare manier die je kunt behappen. Informatie is de beste medicijn, maar je hebt vaak heel wat tijd nodig om die over te brengen, en soms laten de omstandigheden dat eerst even niet toe, en dan is het wachten op een gunstige gelegenheid.
Je moet een gemeenschappelijke taal vinden, en in die taal de juiste woorden om een wisselwerking van ziel tot ziel mogelijk te maken. Ook als we daarin slagen, zal er toch altijd een aantal gevallen zijn met ernstige psychiatrische stoornissen bij wie gepaste geneesmiddelen toch onontbeerlijk een autonoom leven toelaten.
Er zijn veel geneesmiddelen, onder te verdelen in een aantal klassen. Te veel om op te noemen, want de ruimte ontbreekt. Ik besef dat daar allerlei indianenverhalen de ronde over doen. Er gebeuren natuurlijk vergissingen. Het is immers niet allemaal rozengeur en maneschijn in de hulpverlening en je kunt er veel vragen bij stellen, maar op het einde van de dag houd je een aantal mensen over die niet zonder hun behandeling kunnen.
Sterk door veertig jaar ervaring in de huisartsgeneeskunde denk ik wel dat de anti-psychotische middelen een verbetering hebben gebracht in het leven van veel psychiatrische patiënten en hun gezinnen. Wat mij betreft, ken ik een paar middelen bij die werkelijk de Nobelprijs verdienen van de Geneeskunde.
Er zijn intussen veel middelen met pensioen. Ik denk nu aan Haldol, ooit een mijlpaal in de behandeling van schizofrene psychose, nu grotendeels verlaten voor middelen die nog beter zijn. Ik denk dat er vooruitgang is en dat de zelfredzaamheid van de betrokkene steeds vooraan staat.
In een groot aantal gevallen blijkt het toch mogelijk te zijn een aangepaste behandeling te vinden die het gestoorde gedrag onder controle houdt en toch niet belet ontplooiende activiteiten te ondernemen. Het gaat er niet om de hulpvrager plat te leggen. Dat kan geenszins de bedoeling zijn, wel integendeel. Het gaat erom dat we proberen de autonomie, in andere woorden de zelfredzaamheid en de geestelijke onafhankelijkheid, te vergroten. Als er behandelingen bestaan die dat kunnen bewerkstelligen, moeten we die niet ontzeggen aan degenen die ze nodig hebben.
Geef een reactie