62. Vertrouwen
Als niet van weerskanten een grenzeloos vertrouwen ontstaat, is het risico groot dat je op basis van wantrouwen verdergaat. Vroeg of laat loopt het dan mis en zal de therapeutische arbeid geen vrolijke vruchten afwerpen. Je moet elkaar aanvaarden. Daar begint het mee en daar moet je mee werken. Met sommigen lukt dat niet op basis van een persoonlijke antipathie, maar die gevallen zijn zeldzaam. In principe aanvaard ik iedereen.
De raadpleging is altijd een ontmoeting tussen twee mensen die proberen elkaar te verstaan rond meestal een zeer concrete vraag. Maar achter elke concrete vraag schuilt een andere vraag die voorlopig onuitgesproken blijft. Daar kom je pas achter als je samen verder gaat, wat betekent dat je samen een stukje van de weg aflegt, als twee metgezellen op een trektocht.
Elke nieuwe raadpleging breit een nieuw stukje aan dat verhaal. Op die manier kom je nog iets te weten, als je het relaas aanhoort en nooit oordeelt. Het oor van de huisarts moet zich altijd te luisteren leggen. Dat is de basis van het vak. Veel mensen zijn het niet gewend dat naar hen geluisterd wordt. Ze schrikken daar een beetje van, maar zo gauw ze merken dat het mag en kan, maken ze daar op hun manier gebruik van.
Dat is natuurlijk niet alleen voor gebruikers zo, maar wel voor heel veel andere hulpvragers, die vaak uit moeilijke omstandigheden komen. De afhankelijkheidsproblematiek kadert altijd in een breder verhaal en is niet zo uitzonderlijk als velen denken. Misschien zijn er oude wonden die nooit zijn geheeld. Wellicht is er een psychiatrische aandoening die nog geen diagnose heeft gekregen.
Dat moet je proberen te ontwarren, om te zoeken naar aangrijpingspunten waar je iets kunt mee doen om de situatie te verbeteren. Zonder te oordelen en door rekening te houden met de beperkingen en talenten die steeds weer anders zijn.
Chronisch gebruik verbergt heel vaak een of andere psychiatrische aandoening. Nu kan ik als huisarts ook die psychiatrische bril ook opzetten, als blijkt dat er meer aan de hand is dan alleen wat middelengebruik. Trauma’s uit het verleden bijvoorbeeld, maar er zijn ook hersenziekten die op zich niets met trauma’s te maken hebben.
Er is een aantal aandoeningen op te noemen waar je mee geboren bent en die een grote rol kunnen spelen in het ontstaan en het volhouden van het gebruik.
Geef een reactie